[Alle bijsnijdbew. select.]
Selecteert alle bijsnijdkaders op de afbeelding.
[Zoomen]
Vergroot de afbeelding in het bijsnijdkader. Hoe kleiner het bijsnijdkader, hoe groter de afbeelding wordt
weergegeven. U kunt de details die moeilijk te zien zijn, bekijken met
( ). Klik op [Annuleren] om het
originele formaat van de afbeelding te herstellen.
Instellingen opgeven voor documenten en kleurenmodus
Geef de documentinvoermethode (glasplaat of documentinvoer), het documentformaat, de kleurenmodus en andere
instellingen op.
[Invoermethode origineel]
Selecteer een instelling die overeenkomt met de locatie van uw documenten (de glasplaat of de invoer).
[Glasplaat]
Selecteer deze optie als u documenten op de glasplaat legt.
[Invoerlade (enkelzijdig)] Selecteer deze optie als u eenzijdige documenten in de documentinvoer plaatst.
[Invoerlade (dubbelzijdig)] Selecteer deze optie als u dubbelzijdige documenten in de documentinvoer plaatst.
[Invoergrootte]
Geef de grootte van het scangebied op. In normale gevallen selecteert u hetzelfde formaat als het document.
Om het formaat op te geven met waarden, selecteert u een eenheid en voert u de waarden voor de breedte
en de hoogte in. Om de verhouding tussen de breedte en de hoogte van de afbeelding te vergrendelen, klikt
u op .
● Als u [Invoerlade (dubbelzijdig)] selecteert voor [Invoermethode origineel] ( ), kunt u de afmetingen
opgeven door de waarden in te voeren.
● Het afbeeldingsformaat dat kan worden gescand, is bij sommige programma's beperkt.
● Als u documenten in de documentinvoer plaatst, stelt u de afdrukstand van de documenten in in
[Afdrukstand]. U kunt ook [Inbindlocatie] instellen als u dubbelzijdige documenten in de documentinvoer
plaatst.
De machine als scanner gebruiken
325
Comments to this Manuals