54
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
1
Basishandelingen van
de camera
2
Auto-modus
3
Andere opnamestanden
5
Afspeelmodus
6
Wi-Fi-functies
7
Menu Instellingen
8
Accessoires
4
P-modus
9
Bijlage
Index
Opnamen maken van onderwerpen op grote
afstand (Oneindig)
Foto's
Films
Stel de camera in op [ ] om de scherpte te beperken tot onderwerpen
die zich veraf bevinden. Zie “Opnamebereik” (
=
142) voor meer
informatie over het scherpstelbereik.
● Druk op de knop [
], druk op de knoppen
[ ][ ] om [ ] te selecteren en druk
vervolgens op de knop [ ].
● Zodra de instelling is voltooid, wordt [
]
weergegeven.
Digitale telelens
Foto's
Films
De brandpuntsafstand van de lens kan worden vergroot met ongeveer
1,6x of 2,0x. Dit kan camerabeweging verminderen doordat de sluitertijd
hoger is dan wanneer u zou zoomen (inclusief het gebruik van digitale
zoom) in dezelfde zoomfactor.
● Druk op de knop [
], kies [Digitale
Zoom] op het tabblad [ ] en kies de
gewenste optie (
=
25).
● Het beeld wordt vergroot en de
zoomfactor verschijnt op het scherm.
● De digitale telelens kan niet worden gebruikt met digitale zoom
(
=
33) of AF-puntzoom (
=
39).
Opnamebereik en scherpstellen
Close-ups maken (macro)
Foto's
Films
Stel de camera in op [ ] om de scherpte te beperken tot onderwerpen die
zich dichtbij bevinden. Zie “Opnamebereik” (
=
142) voor meer informatie
over het scherpstelbereik.
● Druk op de knop [
], druk op de knoppen
[ ][ ] om [ ] te selecteren en druk
vervolgens op de knop [ ].
● Zodra de instelling is voltooid, wordt [
]
weergegeven.
● Als u itst, kan vignetvorming optreden.
● Zorg dat u de lens niet beschadigt.
● Als de zoompositie zich binnen het bereik van de gele balk onder
de zoombalk bevindt, wordt [
] grijs en kan de camera niet
scherpstellen.
● Om camerabeweging te voorkomen, plaatst u de camera op een
statief en maakt u opnamen met de camera ingesteld op [
]
(
=
34).
Comments to this Manuals