46
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
1
Basishandelingen van
de camera
2
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
3
Andere opnamestanden
4
P-modus
6
Afspeelmodus
5
Tv-, Av- en M-modus
7
Menu Instellingen
8
Accessoires
9
Bijlage
Index
De weergavestijl van het beeld na opnamen
wijzigen
Foto's
Films
U kunt instellen hoe lang na de opname beelden worden weergegeven en
welke informatie wordt weergegeven.
De weergaveduur van het beeld na opnamen wijzigen
1
Open het scherm
[Afbeelding direct bekijken].
● Druk op de knop [ ], kies
[Afbeelding direct bekijken] op het
tabblad [ ] en druk daarna op de
knop [ ] (
=
27).
2
Configureer de instelling.
● Kies [Weergavetijd] en kies vervolgens
de gewenste optie.
● Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt u deze
procedure, maar selecteert u [Snel].
Snel
Geeft beelden alleen weer totdat u weer kunt
fotograferen.
2 sec.,
4 sec.,
8 sec.
Beelden worden gedurende de opgegeven tijd
weergegeven. Zelfs wanneer de foto nog op het scherm
staat, kunt u de ontspanknop al half indrukken om een
volgende foto te maken.
Vastzetten
Beelden worden weergegeven totdat u de ontspanknop
half indrukt.
Uit Na de opname worden geen beelden weergegeven.
Het lampje voor rode-ogenreductie uitschakelen
Foto's
Films
U kunt het lampje voor rode-ogenreductie uitschakelen, dat gaat branden
om het effect van rode ogen te verminderen dat optreedt wanneer
u opnamen maakt met de flitser in een omgeving met weinig licht.
1
Open het scherm [Flits Instellingen].
● Druk op de knop [ ], selecteer
[Flits Instellingen] op het tabblad [ ] en
druk daarna op de knop [ ] (
=
27).
2
Configureer de instelling.
● Kies [Lamp Aan] en kies vervolgens
[Uit] (
=
27).
● Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt u deze
procedure, maar selecteert u [Aan].
Comments to this Manuals