49
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
1
Basishandelingen
van de camera
2
Auto-modus
3
Andere opnamestanden
4
P-modus
5
Afspeelmodus
6
Wi-Fi-functies
7
Menu Instellingen
8
Accessoires
9
Bijlage
Index
Opnamen maken met programma
automatische belichting ([P]-modus)
Foto’s
Films
U kunt tal van functie-instellingen aanpassen aan uw favoriete opnamestijl.
1
Open de modus [ ].
● Voerstap1bij“Speciekescènes”
(
=
43) uit en kies [ ].
2
Pas de instellingen naar wens
aan (=
50–=
59) en maak een
opname.
● Als de optimale belichting niet kan worden verkregen wanneer
u de ontspanknop half indrukt, worden de sluitertijd en de
diafragmawaarde in het oranje weergegeven. Probeer in dat
geval de ISO-waarde aan te passen (
=
51)ofdeitserte
activeren (bij donkere onderwerpen,
=
57) om zo de optimale
belichting te verkrijgen.
● Ukuntooklmsopnemenindemodus[
]dooropdelmknop
te drukken. Sommige FUNC.- (
=
25) en MENU-instellingen
(
=
26) kunnen echter automatisch worden aangepast voor
lmopnamen.
4
P-modus
Meer onderscheidende foto’s in de opnamestijl van uw voorkeur
● In dit hoofdstuk wordt verondersteld dat de camera is ingesteld op de
modus [
].
● [
]: programma automatische belichting; AE: automatische belichting
● Voordat u een in dit hoofdstuk beschreven functie gebruikt in een andere
modus dan [
], dient u te controleren of de functie in die modus
beschikbaar is (
=
131).
Comments to this Manuals